Op de reünie van scouting had ik Tonny de Graaf weer
ontmoet waarmee ik in 1975 de fietsvierdaagse van Borculo had gedaan. We
haalden herinneringen op.
Fietsvierdaagse van Borculo in 1975
De achterbank had ik uit mijn lelijke eend
gehaald en onze fietsen lagen oncomfortabel boven op elkaar achter ons. Tonny
haar moeder had nog zorgzaam wat kussentjes ertussen gestopt, zodat we bij een
noodstop niet ineens de fietssturen in ons nek hadden. Wij op weg.
Plotseling kruiste een spoor de provinciale weg en de alarmbellen rinkelden en het rode licht knipperde. Ik stopte en we verbaasden ons erover dat we geen spoorbomen zagen. ‘Hoor jij dat ook?’ Heel zachtjes hoorden we ‘boem, boem, boem’ in een mooie cadans. Ineens ging ons een licht op. We stapten uit. En ja hoor, we stonden onder de spoorbomen die op het linnen dakje bonsden.
Plotseling kruiste een spoor de provinciale weg en de alarmbellen rinkelden en het rode licht knipperde. Ik stopte en we verbaasden ons erover dat we geen spoorbomen zagen. ‘Hoor jij dat ook?’ Heel zachtjes hoorden we ‘boem, boem, boem’ in een mooie cadans. Ineens ging ons een licht op. We stapten uit. En ja hoor, we stonden onder de spoorbomen die op het linnen dakje bonsden.
Tonny woont weer in Groningen, haar
geboortestad. Ze nodigde ons uit om het pontje bij Noordlaren te doen samen met
haar. Nu combineren we wel vaker pontjestochten met bezoeken aan mensen die we
kennen. Oud-collega Arina Vermaas in Winterswijk, Inge van ’t Spijker in
Maastricht en Gea Boschma in Haarlem waren haar voorgegaan.
Intercity naar Groningen
Tot mijn verbazing bestond de intercity maar uit één
treinstel. En dus maar één fietsbalkon. Op dit balkon stonden al acht fietsen
met hun baasjes. Ik kon niet anders dan instappen en me niet meer verroeren.
Even controleren. Wie moet er waar uit. Twee jongens bij Hollands spoor. Mooi,
dan kan Josephine er weer bij. Een man en een vrouw bij Leiden. Een ouder
echtpaar in Amsterdam. Twee dames reden ook mee naar Groningen.
Als haringen in een ton |
Tussen de fietsen door zaten nog een paar lopers voor de
marathon van Leiden. Pas na Amsterdam waren we met z’n vieren over en konden we
een zitplaats gaan zoeken.
Groningen
Op het perron stond Tonny ons al op te wachten. We rijden
gezwind de stad uit en komen al snel in het prachtige natuurgebied Meerwijck.
Deze oude veenafgraving vormt een onderdeel van de ecologische verbinding
tussen de Drentse A, het Hunzedal en Westerbroek. Het bestaat uit moerasbos van
elzen en ruigtekruiden. Enkele oude dichtgegroeide petgaten zijn opnieuw
uitgegraven om moerasplanten een kans te geven. Veel watervogels en Schotse
Hooglanders. Een marter schiet de berm in. We slalommen om de harige rupsen
(van de Grote beervlinder?) heen die in een rap tempo over het fietspad lopen.
Hoeveel mensen passen er op een veerpont?
‘Let op! Max. 10 personen op de pont’ waarschuwt een bordje
op de zelfbedieningskettingveerpont. Daar trekt niemand zich iets van aan. En
wie toevallig bij het draaiwiel staat, is aan de beurt om te draaien. De
achterste sluit de ketting. In een vloek en een zucht zijn we aan de overkant.
‘We kunnen hier koffie drinken of even verderop,’ kondigt Tonny aan. Nog maar even doorfietsen, want we kennen onszelf. Als we eenmaal zitten, zijn we moeilijk weer in beweging te krijgen. In de tuin van Herberg De Blankehoeve halen we herinneringen op aan de fietsvierdaagse.
‘We kunnen hier koffie drinken of even verderop,’ kondigt Tonny aan. Nog maar even doorfietsen, want we kennen onszelf. Als we eenmaal zitten, zijn we moeilijk weer in beweging te krijgen. In de tuin van Herberg De Blankehoeve halen we herinneringen op aan de fietsvierdaagse.
Hoe zat het ook al weer?
‘Hoeveel fietsten we op
een dag?’ ‘Honderd kilometer.’ ‘En dat op een gewone fiets!’
‘Herinner je nog die jongen, Bart, die achter mij aanzat?’
‘Ja, nu je het zegt: een leuke knul met krullen.’ ‘Precies, ik heb nog een
tijdje met hem gecorrespondeerd. Het was trouwens de eerste jongen die achter
me aan zat. Ik vond het wel spannend. Maar ik had jou als chaperonne bij me. Er
kon me dus niets gebeuren.’
‘Wat moet ik er trouwens van denken dat een van je zonen
Bart heet?’ ‘Dat heeft daar niets mee te maken; ik heb het altijd een mooie
naam gevonden. En toevallig heet mijn zwager Bart; zo was het vernoemen ook
gelijk geregeld.’
‘Kookten we eigenlijk zelf?’ ‘Ja, we hadden een camping-gazstelletje
bij ons. De tent hadden we van de scoutgroep Satoko Kitahara geleend.’
‘Ik weet er eigenlijk niks meer van. Wel, dat zo mijn liefde
voor het fietsen is ontstaan.’
Haren
1975 |
2014 |
Via de prachtige villawijk van Haren fietsen we terug naar
het station. Ik wil nog wel graag een foto van toen herhalen. We rijden wat
heen en weer om een soortgelijke achtergrond te vinden. Een brede deur met een
boog. Een mevrouw biedt uitkomst: ‘Als je hier terugrijdt, linksaf slaat en
daarna rechtsaf, vind je zo’n deur. De bewoners zijn niet thuis. Bij het huis
aangekomen, zien we verschillende auto’s staan. Maar we wagen het erop en
Josephine maakt de foto.
Groningen Europa in
We rijden langs Euroborg, het stadion van FC Groningen, waar vanavond
de play off voor de Europa League wordt gespeeld. Hoe dichter we het station
naderen, hoe meer in groen wit geklede mannen ons tegemoet rijden.
Later schrijft Tonny: ‘Ik vond het een zeer geslaagde dag! En 's avonds allemaal blije familieleden in verband met de overwinning van FC Groningen!
Later schrijft Tonny: ‘Ik vond het een zeer geslaagde dag! En 's avonds allemaal blije familieleden in verband met de overwinning van FC Groningen!
Ze gaan nu "Europa in" en Bart mag met de buurman mee naar de
eerste uitwedstrijd.... dat stond al een jaar of zeven op het programma; maar
ze redden het steeds niet... tot nu!’
Maar… een pontje gedaan, nog 54 te gaan.
18 mei 2014
4 opmerkingen:
Dag Bettie,
De titel van je blog is “Pontjes- en andere verhalen”. Vooral de “andere verhalen” in de laatste afleveringen hebben voor mij een bijzondere betekenis.
De foto van jou en mijn ouders ken ik wel, maar toch bijzonder in deze context. Ik weet wel dat mijn moeder jouw (doop)meter was, maar dat mijn vader de functie van peter had, was me even ontschoten.
Toen ik de “Eend” van jou zag, kwam bij mij de herinnering aan dat autootje boven. Je bent daarmee bij Leny en mij op bezoek geweest, toen we een paar jaar getrouwd waren en in Nederweert op de Molenweg woonden.
Ga door met de “Pontjes- en andere verhalen; ze zijn het lezen de moeite waard.
Overigens:
Een paar jaar geleden stond ik in de boekhandel te kijken in een boek, dat over de middenstand van vroeger gaat. De titel van het boek is: “Kan ik u van dienst zijn?”
Al bladerend viel mijn oog op bladzijde 34 met een afbeelding van drie kaasproevende dames. Tot mijn verrassing zag ik een foto met daarop afgebeeld: oma Bos, je moeder, een mevrouw en de kaasverkoper.
De mevrouw naast jouw moeder zou Mies uit Waalwijk kunnen zijn, maar dat is voor mij de vraag? Is jou daarvan iets bekend?
Doe Gerard de groeten van Leny en Kees
Hallo Bettie,
Ik heb weer genoten van jullie belevenissen en heel leuk die oude foto's. Eigenlijk ben ik benieuwd hoe het destijds met de spoorbomen en het linnen dakje is afgelopen. Binnenkort moet je dit maar even vertellen tijdens de kaartavond "Voorheen het Zevende Boompje"
Groet, Nel
Hoipipeloi,
Nu heb ik het wel gelezen en heb genoten van de beschrijving en de foto's. Tonny is toch niks veranderd; ze blijft de leuke meid die ze altijd al was. Jullie hebben met elkaar wel een hele leuke dag gehad en veel herinneringen opgehaald.
Doei, Corrie
Leuk verhaal geworden!
Gelukkig heb ik geen onwaarheden verteld....
't Is allemaal openbaar nu...! Haha
Tonny
Een reactie posten