dinsdag 20 maart 2012

Luisterpaal


Iedereen mag op zondag, 18 maart 2012, gratis met de NS mee in de tweede klas op vertoon van het Boekenweekgeschenk ‘Heldere hemel’ van Tom Lanoije.
Normaal gesproken staan we zondagochtend om 9 uur bij station Nieuwerkerk aan den IJssel slechts met een paar mensen te wachten op de sprinter. Nu waren we wel met z’n twaalven.
Met onzekere tred betreden de onervaren reizigers het perron en hun ogen dwalen over alle attributen. Bij de stempelautomaat vraagt iemand of er nog strippenkaarten zijn. Een meer ervaren reiziger legt uit dat de automaten zijn bedoeld om keuzedagenkaartjes af te stempelen of een parkeerkaart bij een P+R-station, zodat je niet voor het parkeren hoeft te betalen. Een mobiele telefoon gaat: ‘Wat zijn we vergeten? De flessen?’
Ik vraag me af of het flessen met alcohol of flesjes melk voor de baby. Ja, dat krijg je als je ineens met de trein gaat, dan vergeet je van alles.

De neef van Abdelkader Benali
Op station Gouda is het ook druk en er komt slechts 1 wagon voorrijden als intercity naar Utrecht. Een man met een vouwfiets en ik gokken erop dat het laatste balkon een fietsbalkon is, helaas is dat niet zo, maar we wurmen ons naar binnen.
Een Marokkaanse jongen, begint meteen mijn fiets te bewonderen en hij vraagt of je wel met de fiets in de trein mag. Ik leg hem uit dat je wel een kaartje moet kopen à € 6,00, maar dat je dan het hele land door mag. Hij heeft pas een nieuwe elektrische fiets gekocht en hij laat ons de rekening zien en vertelt erbij: ‘Ik zal die rekening maar altijd bij mij dragen, want anders denken ze dat ik hem heb gestolen.’ De man en ik knikken begrijpend.
Aan de conducteur laat ik mijn boekenweekgeschenk als kaartje zien en als ik aan de jongen uitleg dat je vandaag hierop mag reizen, vertelt hij trots dat hij een neef is van Abdelkader Benali. ‘Nee, ik heb nooit een boek van hem gelezen. Wij zijn een familie van vishandelaren. Abdelkader heeft vroeger ook in de vis gewerkt en altijd als je bij hem kwam, moest je eerst een heleboel boeken opzij schuiven om hem te vinden.’

De Syntus naar Zevenaar
Het boekenweekgeschenk geldt ook in de stoptrein van Syntus naar Winterwijk. Bij Westervoort staat een mevrouw op om uit te stappen en ze vertelt dat ze naar haar schoonzus gaat, die in dat huis woont, waarbij ze vaag een richting aanduidt. Beleefd vraag ik of die schoonzus er nog woont. Nee, die woont nu ergens anders en ze gebaart in een andere richting. Terwijl ze uitstapt, mompelt ze nog iets over dat je je familie af en toe toch eens moet opzoeken.
Wij zijn blij dat we op pontjestocht zijn.

Het Aerdts Veer
Er staat een stevige, koude wind, die we beurteling voor, achter en opzij hebben. Het plaatsje Aerdt hebben we gauw gevonden en ik heb op de website van de Vereniging van vrienden van de voetveren gezien dat we op de Aerdste dijk moeten zijn. Een pad langs een boerderij leidt naar de veerstoep.
                                          Het Aerdts veer


Mmmm, eigenaardig. Als ze niet mogen varen, wat doen die bootjes en dat pontje hier dan?
We doen gewoon waar we voor zijn gekomen en varen met het pontje heen en weer. Op YouTube had ik een filmpje gezien waarbij de mensen op het pontje achter elkaar aanliepen, terwijl ze aan het touw trokken. We volgen het goede voorbeeld en als we eenmaal de vaart erin hebben, zijn we zo heen en weer over de Oude Rijn.

Het Berghoofdseveer
Een paar kilometer verderop vinden we het Berghoofdseveer wederom over de Oude Rijn. We passen hier dezelfde mehode toe als bij de vorige. Ik besluit het te filmen op mijn telefoon, maar ik zet eerst de telefoon verkeerd om neer, zodat hij mijn hand filmt. Vervolgens wil ik de verkeerde kant op trekken. Josephine ziet het allemaal lachend aan en zij probeert mij logisch te laten nadenken. Uiteindelijk heb ik het door.
Het Berghoofdseveer

De brug over de Oude Rijn ligt op een paar meter afstand en we ontmoeten dan ook verbaasde blikken dat we zo moeilijk doen, terwijl er een brug ligt.

Station Arnhem
Er wordt al 4 jaar gebouwd aan het nieuwe treinstation in Arnhem. Jaren waarin het bereiken van de perrons noodzaakte tot het lopen van een hindernisbaan met trappen met als gevolg dat we meestal onze aansluitingen misten. Maar nu kunnen we de lift gebruiken.
In de wachtruimte is een verwarmingszuil geplaatst.
Bron: PhotoBlog van Ronald Puma
Terwijl we ons eromheen scharen, vertelt een man dat er eigenlijk een barbecue aan gemaakt moest worden, zodat je je eigen eten kunt klaarmaken. En hij begint te verhalen over trein- en vliegreizen in verre, vreemde landen en dat hij zelfs een keer heeft meegemaakt dat er een geit werd meegenomen in het vliegtuig. Terwijl wij nog over die geit nadenken, zit hij alweer op de Oriëntexpres met zijn samovars.
Wij eten gewoon onze boterham op en drinken een beker thee gezet uit de thermosfles met heet water, en wij vinden dat al avontuur genoeg.


De mensheid kun je verdelen in praters en luisteraars en ik ben blijkbaar een luisteraar. Praters herkennen mij meteen en ze storten hun verhalen over mij uit zodra ze mij zien. Ik vind het niet erg. Zo heb je zelf ook nog eens wat te vertellen.

En… we hebben weer 2 pontjes gedaan.

Nog 89 te gaan.

18 maart 2012.