Ik had nog maar net gezegd: “Met dit weer heb je tenminste geen last van motorrijders,” of een lange sliert motoren kwam ons tegemoet. Voor de rest was de natuur onze enige getuige. Het frisse fluitenkruid rekte zijn stelen en volgden ons als trouwe supporters. De smeerwortels lieten hun kopjes hangen en staarden naar het water. De pluisjes van de paardenbloemen zweefden ons voorbij. De boterbloemen stonden gewoon vrolijk te wezen. Het vrachtschip Johannes voer gelijk met ons op.
We hadden geen haast en we dronken eerst een warme chocolademelk, respectievelijk cappuccino décafé in hotel Haarhuis tegenover het station in Arnhem. We hebben nog genoeg geld in de pot zitten, want de laatste keer hebben we niets uitgegeven. Het smaakte zo lekker dat we nog een tweede namen. De rekening bedroeg € 11,00.
Het is natuurlijk niet slim om eerst uitgebreid iets te gaan drinken, terwijl het droog is en je weet dat de regenkans 90% is. Maar ja, we zijn nu eenmaal zwak als het om versnaperingen gaat.
We moesten de Rijn over naar het zuiden, maar we konden de opgang van de brug niet vinden. Later bleek deze zich aan de linkerzijde van de brug te bevinden. Aan de overkant van de Rijn meanderden we mee met de rivier. Dan weer eens voor de wind, dan weer eens tegen de wind in. Ineens zagen we een schip in camouflage liggen, zoals de schepen in de 1e Wereldoorlog die zich probeerden te onttrekken aan de duikboten.
De knooppuntenroute voerde ons over allerlei obscure paadjes, onverharde wegen en een keer reden we zelfs helemaal langs het hek van een steenfabriek heen.
Toen we bij de veerstoep arriveerden, voer de Halve maan net weg met 2 passagiers. ‘Er zijn dus nog meer gekken op weg vandaag.’ Terwijl we staan te wachten, zien we een stel motorrijders bovenaan de dijk passeren. Het veer kwam onmiddellijk weer terug. Het kleine scheepje leek een speelbal van de golven, maar hield dapper stand. Aan de overkant worden we begroet door uitbundige bossen euphorbia tussen de basaltblokken. “Waarom staat hier nu niet een bordje naar de Millinger theetuin?” vroegen wij ons aan de overkant af. We gingen linksaf. Na een poosje herkende ik ineens het punt waar we op 23 augustus 2008 gekeerd waren bij de mededeling dat de Halve maan uit de vaart was voor reparatie. Ik keek om en daar stond het bordje “Millinger theetuin 2 km”. We hadden de verkeerde kant gekozen.
In de theetuin blijkt ook weer dat er nog meer mensen op pad zijn vandaag. We kiezen een lekker stuk taart en laten die vergezeld gaan van een glas thee. “€ 16,00 alstublieft,” zegt de man van het theehuis. Het blijkt dat de entree van € 5,00 verplicht is ook al bezoek je de tuin zelf niet. “Zullen we nog even in de tuin rondlopen?” stel ik niet al te enthousiast voor. “Ik heb genoeg aan het zicht op die blauwe regen,” antwoordt Josephine.
Nog 50 te gaan.
2 mei 2010.
4 opmerkingen:
Mooi stukkie!
Inge
Inderdaad, mooi verhaal!
Mooi getal, 50
Groetjes, Nel
Bettie, wat was het leuk. Bep
Een reactie posten